‘Begin gewoon, al is het met de moed der wanhoop’

U weet: de leefbaarheid van de aarde gaat me zeer aan het hart. Hoe laten we onze planeet achter aan toekomstige generaties? Zijn wij wel goede voorouders, om met de Australische filosoof Roman Krznaric te spreken? Het ziet er niet goed uit, als je klimaatwetenschappers moet geloven.

Om mij heen hoor ik, grosso modo, twee nogal uiteenlopende reacties, die ik allebei goed snap. Enerzijds hoor ik paniek: “Help, wij moeten de aarde redden!” Maar ik merk ook berusting: “Let go and let God.” We kunnen niet alle klimaatellende op onze nek nemen. Maar ja, als wij het niet doen, wie dan wel? “Let’s face it, if we don’t change, we are f***ed”, zei Greta Thunberg eind mei nog in haar video ‘For Nature’.

Maar zo optimistisch als Thunberg is over wat we kunnen doen, zo somber is filosoof Ton Lemaire. Hij nam begin jaren ’90 het voortouw. Vol goede moed. Hij vertrok naar de Dordogne als ‘ecologisch vluchteling’ en leeft daar sindsdien zo zelfvoorzienend mogelijk in een poging de wereld te helen. Maar inmiddels betwijfelt hij of de aarde nog te redden is.

“Ik wanhoop daar wel over”, zegt hij twee jaar geleden in Trouw, “Radicale verandering stuit nog steeds op grote weerstand. Niemand wil zijn concurrentiepositie kwijt. Dat zijn de sacrosancte markt en de sacrosancte groei: die mogen vooral niet in gevaar komen. En dan heb je tegenwoordig ook nog politici die alle milieuregels willen terugdraaien.”

Misschien gaat het wel om een balans. We moeten niet nalaten te doen wat we kunnen, maar we ontkomen evenmin aan een soort overgave. Er is een grens aan wat we zelf kunnen doen. Toch?

Reflectiemoment

Dan lees ik een gesprek met de Amerikaanse schrijver Jonathan Safran Foer:

Ik zeg niet dat we allemaal tot dezelfde conclusie moeten komen en zeker niet dat we allemaal ethische perfectie moeten nastreven. Het gaat erom dat we een reflectiemoment inbouwen. Of je nu naar een menu staart, je boodschappentas in de supermarkt vult of besluit om op vakantie te gaan. Hoe creëren we dat ene moment, waarin we alles overzien en nadenken over de gevolgen van ons handelen? Alleen dat moment kan al een groot verschil in gedrag teweegbrengen. Er kleeft iets radicaals aan de kleine handeling. […] Het uitblijven van wetgevende oplossingen mag geen rechtvaardiging zijn om niet zelf te handelen. Dit is in de tussentijd het minste dat we kunnen doen. In plaats van klimaatontkenners of de politiek als zondebok te gebruiken, kun je beter in de spiegel kijken en jezelf confronteren met je eigen hypocrisie. Niets zal sneller tot een wetgevend raamwerk leiden dan een cultuuromslag van onderop. Want de gebruiken van vandaag zijn de wetten van morgen.

Jonathan Safran Foer, Trouw, 6 september 2019
Foto: Pixabay

De woorden van Safran Foer doen me denken aan wat Hannah Arendt schrijft in haar boek The human Condition. We kunnen, zegt Arendt, steeds opnieuw beginnen. En dat doen we niet in een vacuüm. We doen wat we doen steeds te midden van andere mensen. Die reageren daar weer op. Dat maakt elk nieuw begin tot iets onberekenbaars. Er kan van alles gebeuren! Zelfs het ongedachte. Dat houdt me overeind, ook als ik somber dreig te worden van allerlei alarmerend klimaatnieuws: begin gewoon, al is het met de moed der wanhoop. En hou vol. “Want de gebruiken van vandaag zijn de wetten van morgen.”

Aries van Meeteren

Tags: , , , , , ,

Related posts

Comments are currently closed.

Top